Grass werd geboren in Danzig-Langfuhr (tegenwoordig stadsdeel Wrzeszcz in Gdańsk, tegenwoordig in Polen) en groeide op in een koopmansgezin. Zijn moeder was een etnisch Kasjoebische katholiek, zijn vader was luthers en Duits. Volgens eerdere berichten werd hij tijdens de Tweede Wereldoorlog opgeroepen voor de hulptroepen van de Duitse luchtmacht. Dit bleek echter onjuist, in augustus 2006 maakte hij zelf bekend dat hij zich op 15-jarige leeftijd vrijwillig aanmeldde voor dienst op een U-boot. Daarvoor werd echter niemand meer aangenomen, waarna hij in dienst moest bij de Reichsarbeitsdienst. Op 17-jarige leeftijd (1944) werd hij als dienstplichtige opgeroepen door de Waffen-SS,[3] waar hij dienstdeed bij de 10e SS-Pantserdivisie "Frundsberg". Grass werd op 8 mei 1945 in (het toenmalig Sudeten-Duitse, thans Tsjechische) Mariënbad/Bohemen gevangengenomen en verbleef tot 24 april 1946 in een Amerikaans krijgsgevangenenkamp.
In de jaren 1956/1957 exposeerde Grass in Stuttgart en in Berlin-Tempelhof. Daarnaast begon hij te schrijven. Tot 1958 schreef hij vooral kort proza, gedichten en theaterstukken. Deze laatste kunnen worden gerekend tot het poëtisch of absurd theater.
In een zeer beeldende stijl is ook de roman De blikken trommel (1959) geschreven, waarin hij voor de eerste keer historische gebeurtenissen met zijn surrealistisch-groteske beeldspraak confronteert. In deze roman, die in 1979 door Volker Schlöndorff werd verfilmd, heeft Grass zijn stijl gevonden.
Grass ontwikkelde zich vanaf de jaren zestig tot een van de bekendste schrijvers van Duitsland. Met zijn boeken veroorzaakte hij felle discussies over de verantwoordelijkheid voor de misdaden van het Derde Rijk. Grass groeide uit tot een morele autoriteit met een grote schare volgelingen. Hij werd wel de praeceptor Germaniae genoemd, de leraar van Duitsland. In zijn boeken Ein weites Feld (1995), Mein Jahrhundert (1999) en Unterwegs von Deutschland nach Deutschland. Tagebuch 1990 (2009) streefde Grass ernaar de sleutelgebeurtenissen van de 20e eeuw genuanceerd en vanuit breed perspectief te belichten.[4]
In 1996 kreeg hij de Deense Sonningprisen toegekend voor 'zijn uitmuntende bijdragen aan de Europese cultuur'.
In april 2012 kreeg de schrijver veel aandacht vanwege een klaagdicht dat Grass in enkele internationale kranten gepubliceerd had.[5] Grass protesteerde tegen de levering van een Duitse duikboot aan Israël waarop kernraketten geplaatst konden worden. Hij noemde daarbij de staat Israël een gevaar voor de wereldvrede en beschuldigde de staat Israël ervan de "uitroeiing van het Iraanse volk" voor te bereiden door een preventieve - mogelijk nucleaire - aanvalsoorlog tegen de Iraanse uraniumverrijkingsinstallaties.[6] Grass plaatste het klaagdicht in de traditie van poëtisch verzet tegen atoombewapening in het algemeen, maar desondanks werd het gedicht door sommigen als "antisemitisch" gebrandmerkt,[7][8] met name door de presidenten van joodse en Israëlische organisaties. Enkele Duitse politici gingen daarin mee. Angela Merkel wees op de vrijheid van kunstuitingen. De Israëlische minister van binnenlandse zaken Eli Yishai reageerde door te zeggen dat Günter Grass Israël niet meer in mocht, zich beroepend op een wet, die het mogelijk maakt ex-nazi's de toegang tot het land te ontzeggen.[9]
Grass overleed op 13 april 2015 in de stad Lübeck op 87-jarige leeftijd.[10]
Bibliografie
Verhalend werk
1959 Die Blechtrommel (Ned. vert. Koos Schuur 1964: De blikken trommel; nieuwe Ned. vert. Jan Gielkens 2009: De blikken trom)
1961 Katz und Maus (Ned. vert. Hermien Manger 1963; nieuwe Ned. vert. Jan Gielkens 1997: Kat en muis)
1963 Hundejahre (Ned. vert. Koos Schuur 1965: Hondejaren, later: Hondenjaren)
1969 Örtlich betäubt (Ned. vert. C. Schuur-Kaspers 1969: Plaatselijk verdoofd)
1972 Aus dem Tagebuch einer Schnecke (Ned. vert. C. Schuur-Kaspers 1973: Uit het dagboek van een slak)
1977 Der Butt (Ned. vert. Peter Kaaij 1981: De bot)
1979 Das Treffen in Telgte (Ned. vert. Peter Kaaij 1984: Trefpunt Telgte)
1980 Kopfgeburten oder Die Deutschen sterben aus (Ned. vert. Jan Gielkens, Hans van Megen en Ton Naaijkens 1980: Kopgeboorte of De Duitsers sterven uit)
1986 Die Rättin (Ned. vert. Peter Kaaij 1988: De rattin)
1987 Linkshandig; Nederlandse verzamelbundel met verspreid proza, vert.: Hans van Megen
1992 Unkenrufe (Ned. vert. Jan Gielkens 1992: Onheilspad)
1995 Ein weites Feld (Ned. vert. Jan Gielkens 1996: Een gebied zonder eind)
1999 Mein Jahrhundert (Ned. vert. Jan Gielkens 1999: Mijn eeuw)
2002 Im Krebsgang (Ned. vert. Jan Gielkens 2002: In krabbengang)
2006 Beim Häuten der Zwiebel (Ned. vert. Jan Gielkens 2007: De rokken van de ui)
2008 Die Box. Dunkelkammergeschichten (Ned. vert. Jan Gielkens 2009: De box. Verhalen uit de donkere kamer)
2009 Unterwegs von Deutschland nach Deutschland. Tagebuch 1990
2010 Grimms Wörter. Eine Liebeserklärung (Ned. vert. Jan Gielkens 2015: De woorden van Grimm) Nederlandse vertaling bekroond met de Filter-vertaalprijs
Drama
1956 Die bösen Köche
1958 Onkel, Onkel
1966 Die Plebejer proben den Aufstand
1970 Theaterspiele; met:
Hochwasser [1963]; Onkel, Onkel [1965]; Noch zehn Minuten bis Buffalo; Die bösen Köche [1961];
Die Plebejer proben den Aufstand [1966];
1987 Theaterspiele; (onder redactie van: Angelika Hille-Sandvoss); met:
Beritten hin und zurück [1958]; Hochwasser [1957]; Onkel, Onkel [1957]; Noch zehn Minuten bis Buffalo [1957]; Die bösen Köche [1957];
Stoffreste [1959]; Zweiunddreissig Zähne [1958]; Goldmäulchen [1964]; Poum oder die Vergangenheit fliegt mit
Lyrisch werk
1956 Die Vorzüge der Windhühner
1960 Gleisdreieck
1967 Ausgefragt
1971 Gesammelte Gedichte (onder redactie van Heinrich Vormweg)
1987 Gedichte und Kurzprosa (onder redactie van Volker Neuhaus en Anita Overwien-Neuhaus)
1987 Mit Sophie in die Pilze gegangen
1988 Die Gedichte 1955-1986
1993 Novemberland
1983 Ach Butt, dein Märchen geht böse aus (Ned. vert. Peter Kaaij 1984: Ach bot, je sprookje loopt slecht af)
1994 Van horen zeggen Nederlandse verzamelbundel: keuze en vertaling Jan Gielkens
2003 Letzte Tänze
2004 Lyrische Beute (verzamelbundel; Ned. vert. Jan Gielkens 2007: Oogst)
2007 Dummer August
2012 Eintagsfliegen
Brieven
1968 Briefe über die Grenze. Versuch eines Ost-West-Dialogs met: Pavel Kohout
2003 Günter Grass - Helen Wolff. Briefe 1959 - 1994
Overig
1963 Die Ballerina
1965 Rede über das Selbstverständliche; (bij de Georg Büchner Preis [Darmstadt])
1967 Der Fall Axel C. Springer am Beispiel Arnold Zweig
1968 Geschichten; (publicatie onder pseudomiem van: Artur Knoff)
1968 Über das Selbstverständliche
1969 Günter Grass. Literat im Wahlkampf
1965 Es-Pe-De. 'Dich singe ich Demokratie'. Loblied auf Willy
1974 Der Bürger und seine Stimme
1976 Schrijver, burger, sociaaldemocraat. Opstellen en toespraken over literatuur en politiek (bundel Ned. vert. door Peter Kaaij)
1978 50 erfolgreiche Musterreden für betriebliche Veranstaltungen, Jubiläen, u.s.w.
1978 Denkzettel; (politieke toespraken en opstellen 1965-1976)
1979 Atelier des métamorphoses: entretiens avec Nicole Casanova; (Nicole Casanova); (Ned. vert.: 1980; Het atelier. Günter Grass in gesprek met Nicole Casanova; door: Jef Geeraerts)
1980 Aufsätze zur Literatur
1980 Über meinen Lehrer Döblin; (opstellen)
1982 Zeichnungen und Texte, 1954-1977; (red.: Anselm Dreher)
1984 Radierungen und Texte, 1972-1982; (red.: Anselm Dreher)